zaterdag 23 januari 2016

Workshop Ambiorix

Op maandag 11 januari kwam archeoloog Sven op bezoek. Enkele leerlingen van het tweede jaar vertellen zelf wat er gebeurde.







Hij vertelde ons over levenswijze van de Galliërs en de Romeinen. We mochten ons verkleden als Galliërs, de Romeinen bekogelen met tennisballen en kregen een cursus juwelen maken met gouddraad. Sven wist het heel goed en leuk te vertellen. Daarna moesten we jammer genoeg terug naar Engels.

Kenny Philippe 250B

Zoals vorig jaar kwam de archeoloog Sven een workshop geven aan het tweede jaar over de Kelten en de Romeinen. Elke klas werd in twee groepen gesplitst en verkleed als Kelt of Romein. Daarna leerden we over de typische oorlogsvoering van de Kelten en de Romeinen. Dit deden we door een spel met schilden en tennisballen. Als laatste maakten we een amulet of een ring uit gouddraad.








Samy Van Damme 250B

We werden ontvangen door een gek geklede man genaamd Sven. Hij leerde ons hoe de Galliërs en de Romeinen zich kleedden vlak voor de oorlog.

Na een zeer boeiende uitleg begon het echte werk! We werden in twee groepen gesplist: de Romeinen en de Galliërs. De Galliërs kregen een stoffen 'braka' (broek), een geruit hemd en een touw als riem.

Ons gezicht en onze armen werden bekladderd met blauwe schmink en in onze haren werd ossevet (gel) gedaan.

Bij de Romeinen kreeg je een tunica. Een tunica is een soort kleed dat boven de knieën komt. Over de tunica trokken ze een stoer segmentenpantser, met op hun hoofd een helm.

Nadat iedereen klaar was, kregen we een groot schild. Daarna gingen we naar buiten en speelden we oorlogje. We mochten met tennisballen naar elkaar gooien. De tennisballen moest je proberen af te weren met je schild. Na de oorlog trokken we terug naar binnen om ons klaar te maken voor de speeltijd. Daarna leerden we hoe we armbanden en andere sieraden konden maken van gouddraad.







woensdag 13 januari 2016

Zesdes bezoeken Fort van Breendonk en Dossinkazerne

Bij concentratiekampen denkt men spontaan aan de gruwelijke vernietigingskampen in Polen. De misdaden en horror die zich afspeelden in nazi-kampen als Auschwitz-Birkenau, Treblinka of Buchenwald hebben ervoor gezorgd dat de namen van dergelijke plaatsen ons ook vandaag nog doen huiveren.


Maar ook dicht bij huis in België speelde zich een onvoorstelbare gruwel af. Vanuit de Dossinkazerne werden mensen op transport gezet naar de vernietigingskampen. In het Fort van Breendonk waren weliswaar geen gaskamers, maar voor de rest moest het kamp in niets onderdoen voor de doodskampen. Gevangenen werden er mishandeld, geslagen, gefolterd of koudweg geëxecuteerd. Reeds van in het begin van de oorlog werd het kamp bekend/berucht als “de hel van Breendonk”.


Onze leerlingen werden ondergedompeld in deze zwarte bladzijden van onze geschiedenis. Zo leerden ze dat de kampleiding van Breendonk  uiterst wreed en boosaardig was. Dat er aanvankelijk alleen Duitse SS'ers waren onder leiding van de eerste kampcommandant SS-Sturmbannführer Philip Schmitt. Maar ook dat er Vlaamse SS'ers toetraden tot de kampleiding en dat vanaf dat ogenblik de omstandigheden onmenselijk werden. Deze Vlaamse bewakers behandelden de gevangenen nog slechter dan de Duitse. Naar het toilet gaan was beperkt tot één minuut per dag en men moest toestemming vragen. Men kreeg nauwelijks te eten, op wat brood, koffie en waterige soep van rapen en bieten na.


Ook de executieplaats en folterkamer maakten indruk op onze zesdejaars.  Doordat zoveel van het kamp bewaard is gebleven is het een indrukwekkende ervaring. Wanneer je hier buitenkomt denk je alleen maar: dit mag nooit meer gebeuren en hoe is het mogelijk dat mensen elkaar zoiets kunnen aandoen?


Bij het bezoek aan de Dossinkazerne werd het verhaal van de Jodenvervolging verteld. De Duitse bezetter besloot om de kazerne in de Tweede Wereldoorlog te gebruiken als ‘Sammellager’, een verzamelkamp voor Joden en zigeuners. Vanuit Dossin vertrokken vijfentwintig duizend Joden en driehonderdvijftig zigeuners, die van hieruit naar Auschwitz-Birkenau en enkele andere kampen getransporteerd werden, waar twee op de drie meteen na aankomst vergast werden.




Het hoeft geen betoog dat de leerlingen onder de indruk waren van wat ze, zowel in Breendonk als in Mechelen, hoorden, zagen en voelden.


Tekst: Henk Joppen

maandag 11 januari 2016

Oertijd herleeft in het Atheneum

"En met drie slagen had hij een perfecte speerpunt!" 


Ze haalde trots de silex stenen uit haar tas. Licht en scherp waren ze, ideaal om als wapen te gebruiken. "Hij had knuffels mee en we mochten proberen die met onze speer te raken."



Mevrouw Vervloet had opnieuw de archeoloog uitgenodigd. Met zijn lange haren ziet hij er al een beetje prehistorisch uit en al het materiaal dat hij meebracht voor de eerstejaars versterkte nog de indruk dat ze in een voorhistorisch tijdperk waren terechtgekomen in plaats van in de mediatheek.


"Het was gewoon super leuk!"